Vloerverwarming

Vloerverwarming verwarmt de vloer van een vertrek gelijkmatig door middel van warmtestraling of radiatie. Hierdoor ontstaat een zeer gelijkmatige temperatuur, en blijft de relatieve luchtvochtigheid in de ruimte op peil.

Doordat er een groter stralingsoppervlak is met een lagere temperatuur geeft dit een zeer behaaglijk comfort. De lagere luchttemperatuur heeft dan weer een lager energieverbruik tot gevolg. Bovendien heeft het huis zo een grotere warmtebuffer, zodat er veel regelmatiger verwarmd kan worden.
Bij het gebruik van vloerverwarming als hoofdverwarming zijn er geen radiatoren nodig, zodat deze geen woonruimte innemen.

Vloerverwarming werkt uitstekend in combinatie met een warmtepomp. De warmtepomp is immers het zuinigst bij lage temperatuur. Een vloerverwarming kan dan op basis van een precieze warmteverlies berekening gedimensioneerd worden zodat de pasafstand van de buizen niet meer dan 10 cm is, bij een maximale watertemperatuur van 35°C. In de zomer kan een geschikte warmtepomp de vloerverwarming als een vloerverkoeling gebruiken (actieve of passieve koeling).

Meestal wordt een nat systeem toegepast met tackers of noppenplaten, maar ook voor renovatieprojecten zijn er oplossingen. Zoals het droog systeem in voorgevormde isolatieschalen waarbij de totale opbouwhoogte kan teruggebracht worden tot 5 cm. Bij grondige renovaties kunnen de sleuven zelfs uitgefreesd worden uit de bestaande dekvloer.